dinsdag 7 maart 2017

Alle clichés zijn waar.

Het is waar dat het verdriet komt en gaat en zich niet laat voorspellen, laat staan laat temmen. Soms hevig, soms heel stil, maar het komt wanneer het komt. Er is geen uitstel mogelijk voor een plots besef van het gemis. Er is geen ontsnappen, geen uitweg. Je kan helemaal niets met je verdriet, maar het verdriet kan veel met jou.

Het is waar dat het verdriet verzacht. En dan weet ik niet of ik de tijd dankbaar moet zijn. Er zijn nu een paar maanden voorbij. Geen snerpende pijn die me verlamt, maar een zeurende pijn, die me nog steeds vermoeit. Verdriet of pijn waar ik me ook aan hecht, op een of andere manier. Want ik was compleet verbaasd toen ik besefte dat ik een hele dag (echt een hele dag?) niet aan hem heb gedacht. 

Het is waar dat het moeilijk is op belangrijke dagen die vroeger niet eens zo belangrijk waren. Het is niet zo lang meer tot mijn verjaardag en nu heb ik al zware gedachten. Dat ik 33 jaar met een vader heb geleefd en er nu vele jaren zonder vader te wachten staan. Misschien wel meer dan 33 en dan zal ik ouder zijn dan hij ooit is geworden. 

Het is waar dat ik hem soms zie. In de stad, in profiel. Of onlangs nog, op de tram, een hoofd met wit haar en een korstje, wellicht zijn hoofd gestoten. Ik had er bijna mijn hand op gelegd en gevraagd hoe dat nu weer was gekomen, maar nee, hij was het niet. Natuurlijk niet. Nooit niet. Kan niet. 

Het is waar dat je hoofd soms zo vol zit van de gesprekken die je zou willen hebben. Dat ik weet wat ik zou zeggen en dan weet ik wat hij zou zeggen en dan weet ik het niet meer en dan kan ik het niet vragen, en kan hij het niet zeggen en dat kan ik dan niet verdragen. 
Ik wil weten of hij de verfilming van Sprakeloos wil zien. Ik wil vertellen over Oona, die het idee had om over elke mens op de wereld een fles olie te kappen. En dan in een grote pot, allemaal, met een deksel erop, en dan worden we popcorn. Maar wij blijven wel dicht bij elkaar, zodat we elkaar terugvinden. En ik wil Juno 'Opa Jo' leren zeggen maar ik weet niet hoe ik dat uitgelegd krijg. Ik wil deze videoclip laten zien, en mezelf luidop horen afvragen waarom dit me doet huilen en ik de clip steeds maar weer afspeel, terwijl ik het maar een matig gedicht vind en me erger aan de zanger. Het is iets met die beelden. Hij zou het vast en zeker onder woorden kunnen brengen, hij zou weten waarom. Hij zou het me kunnen zeggen. 

Het is waar dat we allemaal zo vreselijk onhandig hierover praten. Jullie, maar zeker ook ik. Jullie lezen dit bericht en weten niet goed wat ik nu wil, er wel of niet over praten en valt er wel iets over te praten en wat moet je dan zeggen en is het dan en daar wel een goed moment. En ik, die gek genoeg liever een bericht op mijn blog plaats dan te zeggen, zelfs tegen mijn liefsten, hoe ellendig ik het allemaal soms vind. Ik weet het, jullie weten het, we modderen maar wat aan en ik weet echt niet wat we anders moeten.

Het is waar dat dit verdriet met niets te vergelijken is. Je verliest maar één vader. En dat is nergens mee te vergelijken. Ook niet met een andere vader die sterft, niet met het verdriet om een andere moeder die ziek is, niet met het verdriet om een kind dat zijn plek in de wereld niet vindt. 

Alle clichés zijn waar en tegelijk is het zo uniek, al dat verdriet.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten