zaterdag 27 september 2014
Examen Español: aprobado
donderdag 25 september 2014
Koken met een kleuter: een handleiding
- De titel is koken met een kleuter. Enkelvoud. Koken met kleuters, geen idee. Of toch wel. Ik heb het idee dat dat heel lastig is. Maar indien je dus over 1 kleuter beschikt: ga verder.
- Denk na over je motief. Koken met een kleuter omdat het dan sneller vooruit gaat? No way. Zet uw kind voor tv of ipad en hak zelf als de wiederweerga uw courgettes, dát zal sneller gaan. Wil je echter je kleuter entertainen, bezig houden met iets leuks (en educatief! jaja, zo zijn we!), en is tijd géén issue, lees dan verder.
- Mise-en-place is alles. Indien je niet wil dat de bloem over de vloer wordt gezeefd, de boter over de tafel wordt uitgesmeerd, de courgetteschijfjes worden platgeduwd, dan is er maar één remedie: zorg dat alles klaarstaat voor je begint. Stop uw oren dicht voor kleutergezeur tot elk ingrediënt en elk keukengereedschap klaar ligt. Want het is dat korte moment dat je je even omdraait om nog de suiker te nemen, of een mes of een pottenlikker, dat de kleuter de kans ziet om een signatuur-gerecht te maken met z'n eigen sympathieke handtekening. Tijd is geen issue (zie punt 2) je hebt dus ook tijd ingecalculeerd voor de opkuis, maar los van tijd is dat ook gewoon niet plezant om chaos op te dweilen. Wees gewaarschuwd...
- Ik doe niet aan kleuterrecepten. Niet dat dat niet lollig kan zijn, boterhammen met gezichtjes of pudding in drie kleuren. Maar ik wil écht eten maken en ik wil de kleuter een leuke tijd bezorgen. Dus wij maken brood, pasta, ovenschotels, pizza, soep,... gewoon de dingen die we eten dus.
- Het belangrijkste is het proeven. Proeven in elke stap. Mijn kleuter mag bloem proeven en ontdekt zo dat dat niet lekker is. Ook rauwe aardappel. Naar 't schijnt is dat giftig, maar een kleuterhapje lijkt me educatief verantwoord. Dat ze ook graag ongebakken brooddeeg eet (ze eet dat zelfs stiekem...) baart me meer zorgen. Zorg voor gefaseerd proeven en maak het heel belangrijk. De kleuter eet dus soms al een hele rauwe wortel en halve paprika op tijdens het koken, maar ik vind dat geen punt.
- Verzin opdrachten. Courgetteschijfjes stapelen. Pompoenblokjes overbrengen van de snijplank naar de kookpot. Alle opdrachten met de handen scoren dubbel. Falafelballekes rollen is moeilijk voor een kleuter. Een klod kikkererwtenbrij in mama's handen zwieren die dan de ballekes rolt is makkelijk én tof. Het concentratievermogen van een kleuter is miniem. Zorg dus voor afwisseling en maak alles belangrijk. Het is belangrijk dat je de suiker schepje per schepje toevoegt. Het is belangrijk dat je heel lang roert. Het is belangrijk dat elk blaadje spinazie gewassen wordt, twee keer. Of doe maar drie keer.
- Tools, gadgets, spullen, exclusief voor de kleuter. Favorieten zijn: pottenlikker, siliconenborsteltje, zeef. Verzin opdrachten rond de tools: er is altijd wel iets dat ingesmeerd kan worden met een beetje olijfolie en bloem kan altijd worden gezeefd. Maak de balans: dertig seconden langer afwassen of vier minuten een brave kleuter?
- Leg alles uit. Iedereen in het bezit van de waarom-kleuter heeft de keuze: gek worden of doorgaan. Waarom wordt dat schuim? Waarom doe je er zout bij? Waarom mag dat niet plat? Waarom mag ik niet snijden? Antwoorden is moeilijk en lastig, tenzij je er zelf de fun van in ziet. Extra voordeel: tijdens je antwoord staart de kleuter je aan en heb jij als multitasker de tijd om snel iets uit handen te nemen of af te werken.
- Herhaal wat gevaarlijk is. Elke keer. Bij ons: de keukenrobot en de oven. Ik kijk streng, spreek luid en duidelijk en met een gevaarlijke ondertoon en kijk de kleuter diep in de ogen. De kleuter weet ondertussen dat ik het meen. De kleuter weet wat ik ga zeggen nog voor ik mijn mond heb opengedaan, maar ik dwing haar om toch te luisteren. Je mag niet aan de oven komen. Je mag niet aan de keukenrobot komen. Je doet best je handjes op je rug, zo kan je het ook niet per ongeluk doen. Alleen zo leert de kleuter. En zeg eerlijk, je gelooft ook niet zomaar wat je maar één keer is gezegd. Herhaal het gevaar om het te voorkomen.
- Ze zeggen dat samen koken kinderen beter doet eten. Ik zou het niet weten, we hebben een makkelijke eter, op aubergines na (wat jammer is omdat dat nu net mijn lievelingsgroente is, maar je hoort me niet klagen). Ik weet niet welke rol ons gezamenlijk kookritueel daarin speelt. Maar als onze kleuter speelt met haar popjes in een imaginaire keuken, dan zoekt ze eerst een recept, dan maakt ze deeg dat effekes moet rusten, gebruikt ze snuiven kaneel en zout, en snijdt ze alsof steentjes look. Dan ben ik fier, ah ja.
- Opkuis doe je ook samen, uiteraard. Maar opnieuw: wat is het motief? Dat het dan sneller is opgerommeld? No way. Zie punt 2. 'Helpen' met de afwas is tof. De muren en kasten 'kuisen' met een sponsje is nog toffer. En als de kleuter dan nog zelf een of ander poetsproduct in de emmer mag kappen of een drupje cif mag spuiten, kan de dag niet meer stuk.
- Eet smakelijk. Zeg dat het zó lekker smaakt omdat de kleuter heeft geholpen. En meen dat.
vrijdag 19 september 2014
Ik moet genieten
Jullie zijn bang dat ik tussen het aftellen door (nog 25 dagen) vergeet te genieten.
Ik kan jullie geruststellen.
Deze middag liep ik met een prinsesje aan mijn hand naar de Jardín.
De lente en de juffen worden gevierd en er is een baile.
In haar hoofd en het mijne is dat geen fuif, maar een bal.
Ik trek haar de prinsessenjurk aan en doe glitters op haar lippen.
En dan gebeurt de magie.
Ze straalt, ze geeft licht, ze glinstert, ze wedijvert met de heldere lentezon.
Zeven keer slik ik gelukstranen in want die zijn moeilijk te begrijpen als je drie bent.
Licht als vogeltjes stappen we verder, iedereen kijkt en het is onduidelijk wie er het meest geniet, zij of ik.
Ik laat haar achter bij de liefste juffen die er zijn en wandel, nog even licht, terug naar huis.
Het is een fantastisch jaar geweest, want ik was een échte koningin, met mijn koning en mijn prinses.
En ik had tijd om dat allemaal te beseffen.
maandag 15 september 2014
Our Favorite (veggie) Lunchspots in Montevideo
Sorry, I almost never take pictures in a restaurant, my mind is only focused on eating at that time :-).
- Bosque Bambú
facebook Bosque Bambú (but not really active)
Lunch
Centro
- Bechamel
Facebook Bechamel
Lunch & dinner
Pocitos/Punta Carretas
- Namasté
Website Namasté
lunch & dinner
Parque Rodó
- Sabor Urbano
website Sabor Urbano
Lunch & dinner - delivery
Pocitos
- La Pasionaria
- Jacinto
- Philomène Café
- Hoy te quiero
Lunch & tea-time
Pocitos
No lunchspots, but you shouldn't miss...
- Don Aurelio (delivery - Pocitos)
facebook Don Aurelio
- Nonna
facebook La Nonna
- Las Delicias
Favourite taste; chocolate Bariloche
No website, but easy to order from PedidosYa!
zaterdag 13 september 2014
Discussie
Hij zegt dat er geen goede en geen slechte zijn. Dat de oorlog toch om geld gaat. Om olie, om gas.
Hoe zijn we van Belgische chocolade hier beland?
Hij zegt dat zolang de politiek zo corrupt is, er niets zal veranderen.
Hij zegt dat wij, hij, ik misschien, niets kunnen doen.
Ik zeg dat het me stoort dat hij spreekt over wij en zij. Hij zegt dat ik me daar nu even moet over zetten, dat dat nu eenmaal nodig is om dit gesprek te voeren.
We hebben allebei geluk gehad, daar zijn we het plots over eens, geluk met de plek waar we geboren zijn. Maar hij gelooft niet dat wij diegene moeten helpen die dat geluk niet hebben, want dat zij, ja 'zij', niet echt geholpen willen worden, dat zij liever genieten van 'het systeem'.
Ik kom niet op goede Engelse woorden voor vooroordelen en een vicieuze cirkel.
Hij zegt dat geld geven geen zin heeft, waar komt dat geld dan terecht. Hij weet het wel, ja.
Hij zegt dat hij mijn mening respecteert. Ik weet dat het een aankondiging is voor meer modder, een soort van excuus voor de volgende verhalen als bewijs, de verhalen die ik niet wil zien volgens hem.
Ik zeg dat het in Borgerhout, in mijn stad, waar ik werkte, al jaren goed gaat, dat er behoorlijk netjes wordt samengeleefd, en dat ik sterk geloof dat heel wat jeugdwerkers en buurtwerkers hier een belangrijke rol in spelen, maar dat het nieuwe stadsbestuur dat niet genoeg wil zien.
Hij zegt dat de bom misschien wat langer tikt voor ze zal ontploffen. Of dat ze is verlegd.
Hij gelooft niet in structurele hulp. Hij gelooft niet in hulp, niet in structuur. Als hij iets aan een bedelaar geeft (geen geld natuurlijk, dat betaal je hun verslaving, toch) dus als hij een halfopgegeten broodje geeft, dan doet hij iets voor de wereld.
Ik ga weg, ik wil slapen.
Ze zeggen nu zeker iets tegen elkaar over jong en naïef en onwetend en ach.
Ik kan niet slapen. Niet omdat ik als de verliezer uit de discussie kom, de afloop kende ik al van bij het begin.
Maar wat is het nu best? Deze discussie voeren, met alle mogelijke clichés, en proberen zeggen dat ik weiger te geloven dat ik niets kan doen. Heeft dat zin? Of is dat tijdsverspilling? Lees ik dan beter een boek om de wereld beter te begrijpen?
Ik verlang naar huis, naar mensen die hetzelfde denken, naar mijn veilige cocon, naar vrienden die mijn verontwaardiging delen.
Of is dat net goed, noodzakelijk, om af en toe het gesprek aan te gaan met mensen met fundamentele andere ideeën, is dat misschien zelfs een plicht? Ook al lukt het mij op geen enkele manier om het gesprek te bevrijden van clichés en dooddoeners?
Ik geraak er niet uit.
Het is ochtend, ik heb honger, ik schrijf dit en het zal wegen op mijn dag, dat ik niet weet welke rol ik moet spelen.
dinsdag 9 september 2014
Reuze zondag
Van alle boerderijen zijn de dieren naar hier gekomen.
We zien reuzenstieren, schapen met kilo's wol en slanke paarden.
'Daar is de wasserij!'
De dieren worden gewassen, geschoren, nauwkeurig bijgeknipt en ze krijgen een brushing. Een andere reusachtige stier staat geduldig in de rij te wachten op zijn beurt.
'En deze is de winnaar. De mooiste koe.'
Ze zegt het heel beslist, we durven haar niet te zeggen dat ze wel erg mager is.
Later wil ze dokter worden, en maestra en poetsvrouw. En misschien nu ook wel boerin.
Zij eet pizza, ik een slaatje, hij een risotto van quinoa in het restaurant waar we ondertussen als vrienden worden onthaald.
Michiel heeft werk, teveel werk, dus hij zet ons af aan de speeltuin. Ze klimt hoog, ze durft, en weet dat ik haar bewonderend zal toeroepen.
'En als ik een reus ben, dan kan ik nog hoger klimmen. Tot in de bomen!'
'Hebben we nog pomponnetjes, mama?'
Bonnetjes hebben we nog, dus ze mag kiezen. Het wordt achtereenvolgens een bootje, een paard dat op een neer gaat en een reuzenschildpad.
'Een schildpad heeft geen stuur, hé mama, maar dat is niet erg. Kijk, zo'n grote schildpad maar zo'n schattig hoofdje.'
De zon begint te zakken, meisje, tijd om naar huis te gaan. Met de bus of nog even met de voeten?
Het antwoord wordt gehuppeld.
Oona kiest de straten waar geen bussen rijden.
'Daar is het rustig, dan kunnen we praten, over baby'tjes. En dinosaurussen. En dinosaurusbaby's. Hoe heet jouw baby'tje? Die van mij Kwanikola.'
Er is weinig waar ze tegenwoordig meer van geniet dan van het vormen van zelfverzonnen woorden en namen met haar mooie fijne mond en lippen. Gevolgd met nauwkeurige instructies hoe je die naam dan wel uitspreekt, lettergrepen netjes gesplitst. Kwa-ni-ko-la.
'Wat een gekke naam, Oona, Mijn baby heet gewoon Nina.'
'Nina? Wat een gekke naam.'
Even later lopen we grommend als twee monstruos achter elkaar. Dan lopen we over muurtjes en springen we naar beneden. Dan is er weer een denkbeeldig hondje dat ons volgt. Of nee, een reuzehond!
De bus, vraag ik nog een keer? Nee, de voeten zijn nog niet moe. We moeten we over alle putten in het voetpad springen, maar dat is onmogelijk in deze stad.
'Wie gaat dat allemaal maken? Dat is veel werk.'
We staan stil bij elke boom met een holletje: we zijn er nog niet uit of er nu eekhoorns of kabouters wonen.
Mini-eekhoorns en mini-kabouters, bestaan die ook?
We groeien verder in de dag en onze schaduwen worden langer.
'Kijk nu hoe ik ben gegroeid!'
Ik moet oppassen, want mag niet op haar schaduw stappen.
'We moeten nu toch wat sneller lopen, meisje, papa zal zich afvragen waar we blijven.'
'Ooooh. Waarom is het vandaag zo'n kleine dag?'
Het was een grote dag, meisje. Een reuze dag.
dinsdag 2 september 2014
#icebucketchallenge
Ik deed dat dus.
Ik heb even getwijfeld of ik het wel wou doen. Maar ik deed het dus, maar wil er wel iets over zeggen en gelukkig heb ik een blog...
Er is al veel gezegd en geschreven over deze actie. Wat mij betreft, het is een zeer goede marketingcampagne, op heel korte tijd is er een merk neergezet, wordt er overal over gepraat,... dat zijn zaken waar elke marketeer van droomt. Ik vermoed dat er voor Vlieg ook zo'n actie te bedenken valt, maar de geniale insteek moet nog komen. Iets om binnenkort met de collega's te bespreken, ik kijk er al naar uit.
De actie is bedoeld om fondsen te werven en ik heb dan ook gestort, dat was ik eigenlijk al van plan zonder genomineerd te zijn. Wij geven wel vaker aan dat goede doel en dat doen we al langer, ook toen we nog meer op onze centjes moesten kijken. De regering heeft moeite om 0,7% van het BBP aan ontwikkelingssamenwerking te geven, vuile trucs met gekochte schone lucht inclusief. Wij doen ons best om zelf ook minstens die norm te hanteren. Komaan zeg, 0,7% afgeven aan wie het moeilijk heeft, dat is nog altijd belachelijk weinig.
De kritiek op goede doelen in het algemeen, ik ga er hier niet op in. Dat is voor een andere keer, al flashen alle argumenten én mijn mening erover nu door mijn hoofd. Kijk, ik maak keuzes in projecten, omdat ik daarin geloof. Punt. Het staat iedereen vrij om dat niet of wel te doen. Dus wij storten voor een kleinschalig project in Ethiopië, Vlaamse en Europese natuurprojecten, noodhulp en structurele hulp aan grotere NGO's. En dit jaar dus, voor het eerst, aan de ALS-liga.
ALS is een vreselijke ziekte. De mama van een goede vriend en vriendin is hier een paar jaar geleden aan overleden en dat heeft me serieus aangegrepen. Bij haar begon het zo onschuldig met het verliezen van haar stem, maar heel snel raasde de ziekte als een tornado door haar lijf, haar leven en dat van hun gezin.
Ik heb gelachen maar was ook zwaar aangegrepen door dit filmpje.
Het waterverspillingsargument vind ik echt complete waanzin. Hoeveel water sjas je elke keer (!) door de wc? Hoeveel water verspil je niet met een wekelijks bad? Carwash? Hoeveel water is er wel niet nodig om een stuk vlees of een tas koffie te produceren (zie watervoetafdruk)? Dát moet onze zorg zijn, en niet die ene emmer water die je (inderdaad) verspilt.
Het moeilijkste vind ik het nomineren van anderen. Door mijn sociale afzondering hier heb ik nog met bijna niemand gepraat over deze actie, dus heb ik ook geen idee hoe de meeste van mijn vrienden hierover denken. En je kan ook gewoon de centen doneren, zonder dat narcistisch gedoe, dat is waar. Ik heb er zelf lang over nagedacht (zie ook de lengte van dit blogbericht) maar kan echt wel begrijpen dat iemand dit niet wil doen én hier ook goede redenen voor heeft. Dus ik nomineerde drie mensen maar zal graag naar hun argumenten luisteren als ze ervoor kiezen om het niet te doen.
Ik ben benieuwd naar jullie reacties, ik zou zeggen, we gaan er eentje drinken, maar de volgende zes weken is dat nog een beetje moeilijk.