woensdag 25 december 2019

Het geschreven woord

In ons huis slingeren overal briefjes. Met lijstjes, met instructies, met spelregels, met woorden die belangrijk zijn voor een toneeltje.
Ik zou ze meer moeten bijhouden, die briefjes en die bordschema's.
Het is tastbaar bewijs dat dit gezin leeft. Dat er wordt gespeeld.
Geen nauwkeurige mooi geschreven woorden, maar haastige krabbels om alles duidelijk te vatten.
Doktertje, waarbij lengte en gewicht gedetailleerd worden genoteerd.
Restaurantje, met pijltjes naar de wc, en een menukaart waarvan ik 'kado lazanja' kan bestellen.

Het mooist zijn de schema's zonder woorden.
Waarin Oona nauwkeurig noteert met symbolen zodat Juno kan begrijpen.
Zo is er een spel met opdrachten waarbij je knuffels kan verdienen.
En een geheugensteuntje bij Juno haar nieuwjaarsbrief.

Wat een team die twee.
Het loopt anders dan ik had gedacht, dit gezin.
Maar zij houden, door het huis rennend met briefjes, balpennen en stiften, het leven bij elkaar.

***


Een bestellijstje voor de wafels, zodat we niet vergeten wat we hebben besteld. 


Een spel waarbij je opdrachten moet doen en kussen en knuffels kan verdienen. 




Een herindeling van ons huis met een duidelijk onderscheid van de speelkamer en deze rust+slaap+boek kamer. 



Kerstmenu in het plasticine-restaurant. Een gerecht is weggeveegd, want dat is helaas al op. 


Zelf verzonnen regels en puntentelling bij Mikado. 


Een geheugensteuntje voor Juno haar nieuwsjaarsbrief. Met streepjes hoe vaak ze iets moet herhalen.  En iets met je neus en je wangen en een sneeuwman. 





Inpaklijstje. 4x tischrt.



donderdag 12 december 2019

Vluchten in werk. Een vorm van zelfzorg.

Als ik aankom op het werk en de eerste vergadering begint, dan kom ik in een soort concentratie zone. Ik denk weinig aan andere dingen, ik denk weinig aan mijn zorgen. Ik heb dat niet alleen op het werk, ik heb dat gelukkig ook bij fijne dingen. Dus ook al voel ik me te neerslachtig voor sociale dingen, al vertrek ik met lood in de schoenen, ook al denk ik dat echt té moe ben, eenmaal ik onder vrienden ben, zit ik in the zone. Dat heb ik ook bij theater. Ik heb veel theater gezien de voorbije weken, ik heb daar veel aan gehad. 

Maar werk dus. Ik beken: ik vlucht. Ik heb de voorbije maanden heel hard gewerkt. En het was geen eenvoudige periode. Ik heb heel even een soort rust gehad: ik doe deze functie nu een jaar, het team is volledig en we realiseren fijne dingen. Ah. 
Maar toen werden er enkele teamleden ziek. Toen kwam de ene financiële tegenslag na de andere (sponsorship dat wegviel, partnership dat niet verlengd werd, minder inkomsten op een project dan gehoopt...). En toe kwamen er nog 6% besparingen bij. 
Ik heb huilend voor financiële tabellen gezeten om te zoeken naar oplossingen. Om alles te kunnen blijven doen met alle collega's die er zijn. Ik huilde omdat ik wist dat het ditmaal niet ging lukken. 
Vorige week hebben we vijf collega's hun ontslag moeten geven. Ik vond het vreselijk om te doen, voor hen moet het nog vreselijker zijn. 

Het is gek om mensen die je echt nog veel kansen wil geven, die nog kunnen groeien, die waardevolle competenties hebben, dat je die vraagt om te vertrekken. Ik heb alles uit mezelf geperst om er te zijn voor de collega's. Voor zij die hun ontslag kregen, voor zij die blijven, maar met veel vragen en onduidelijkheden. Ik werk al zo lang bij publiq, ik ken mijn collega's echt goed en ik geloof zo hard in wat wij doen. Maar ik moet er staan en deze beslissing verdedigen want er is geen alternatief.
En dan is het eenzaam thuiskomen, zonder een maatje dat luistert, waartegen je mag zeuren en klagen en zuchten. Een maatje dat jou kent, je collega's kent, je zorgen kent. Een maatje dat zegt, het komt wel weer goed 

Ik ben moe, echt moe. En ik maak fouten. Op het werk. Thuis. 
Maar ik weet, ook morgen zal ik opstaan, ontbijt maken voor de meisjes, alles regelen om ze op tijd op school te krijgen (moeilijk omdat ik niet kan fietsen met mijn gebroken elleboog). En dan zal ik aan het werk gaan, dan zal ik wellicht weer in the zone komen.  

Deze zomer, de dag nadat de beslissing om uit elkaar te gaan als een rotsblok op mij was gevallen, had ik een lange strategische vergadering. Het werd een van de beste uit mijn carrière. Twee weken geleden brak ik 's avonds mijn elleboog, ging ik 's ochtends naar de spoed, kreeg een zware gips en ging diezelfde namiddag naar Brussel voor een belangrijke raad van bestuur. Met genoeg pijnstillers weliswaar. Dat was misschien niet helemaal verstandig, maar ook de volgende dag stond ik er. Deze dinsdag gaf ik een goede (denk ik toch) presentatie na een heel korte nacht, ik had nog lang aan die presentatie gewerkt en kon vervolgens niet slapen door gepieker. Maar ik stond er, en bleef gaan.



Ik wil dat niet verheerlijken, het is gewoon hoe ik in elkaar steek. Dit is mijn lijf. Ik ben iemand die bijkomt van ellende (zes kilo helaas) maar wel kan doorgaan. Mijn huid is dof, ik heb wallen en pukkels. Ik ben mijn basis kwijt, mijn toekomstperspectief, maar ik ga door. Ik verdien daar geen lof voor, daar is geen bewondering voor nodig. Het is gewoon hoe het gaat en ik hoop dat het blijft gaan. 
Want dat is wat ik wil vragen: heb daar begrip voor, het is gewoon wie ik ben. 
Komt de crash nog? Dat het allemaal te veel wordt? Misschien wel, en dan zijn er misschien wel wat kennissen die gelijk halen. Want zie je wel, dat hou je niet vol.
Maar ik hoop van niet. Ik hoop dat ik kan rekenen op mijn lijf, mijn hoofd, om ondanks alles door te gaan. 

Want misschien is dat toch nog altijd de beste zelfzorg: dicht bij jezelf blijven, bij wie je echt bent. 
Dit ben ik. 
Ik werk graag. 
Het is zwaar. 
Maar ik werk graag door. 
En het is bijna vakantie en dan zal ik ook even niet werken. 

dinsdag 5 november 2019

Wij drie


Deze zomer hebben Michiel en ik beslist om uit elkaar te gaan.

De herfst is intussen overal. Ook in ons kleine tuintje.
Hoezo, 'ons tuintje', wie is dat nog, ons?

Wat volgt is geen verslag, geen verhaal hoe het dan wel is gegaan.
Dat kan ik niet schrijven, omdat er geen verhaal ís.
Er is alleen een storm.

Rukwinden, striemende regen, wolken zo donker, zo laag, zo dik, het zijn geen wolken meer, het is de lucht die neervalt. Gedonder, zo luid, zo dichtbij, de donder zit in mijn hoofd. Blikseminslagen, net naast mijn voeten, naast die van mijn meisjes. En onvoorspelbaar, geen rust meer, dat raast en raast maar door.

Zag ik de storm komen? Oh ja.
Maar ik dacht er naast te kunnen leven. Beetje naar hier rennen, dan weer naar daar, naar de plekken met heldere blauwe lucht tussen de donkere wolken. Een paraplu open trekken voor de eerste druppels.

In mei liep ik bewust (en zonder jas) een regenbui tegemoet. Er moest iets veranderen. Maar toen belandde ik in een storm, ineens onafwendbaar. Met een snelheid die ik nooit voor mogelijk had gehouden. Met ons hele gezin.

Ik sta in de ravage. De verwoestende kracht van deze storm is enorm. Geen zekerheden meer, geen wegwijzers. Geen perspectief, geen uitzicht. En ik ben moe, zo moe.
Ik zie mijn meisjes, met hun enorme verdriet, om alles wat ze nu al verloren hebben in deze storm. Ik zie de ravage om ons heen, de ravage in hun hoofdjes, de ravage tussen ons. 
Ons, ons, wie is nog ons. 
Ravage is een woord dat klopt. 



En dan deze foto. Wij drie. In een herfstbos.

Het is een weekend in september wanneer het oog van de storm voorbij is geraasd. We zien er best gelukkig uit, niet? We staan daar op die afgehakte boomstammen toch maar mooi in de verte te kijken. We kijken het leven aan.

Wat je niet ziet op de foto: de man die de foto heeft genomen. De man die me een hand gaf om weer van die boomstam te geraken, want dat was best hoog, ik durfde niet te springen.
Die man was Michiel natuurlijk.

Want we dachten dat dat een goed idee was, nog een weekend met ons vier (ons, ons, wie is nog ons). Het tegendeel bleek waar: nog geen vierentwintig uur na deze foto zijn de meisjes en ik volledig leeg, emotioneel uitgeput, de storm was mee op dat weekend, de teleurstelling dat er geen ontsnappen is, de ontgoocheling dat die storm zo hevig was en vooral, is, tegenwoordige tijd, en tegenwoordig is alles anders, want er is die storm.

Ik heb geen idee hoe ik in de toekomt van zo'n boomstam ga geraken. Ik durf niet te springen. Ik heb geen idee hoe ik mijn dochters daar ga krijgen, hoog genoeg om een horizon te zien, om de weg terug te vinden, om zorgeloos naar beneden te springen en verder te gaan.

Ik moet de schade opmeten. 
Ik moet de windrichting voorspellen. 
Ik moet weten wanneer dit stopt.
Ik moet vooruit, zeggen ze.

Soms huppelen ze gewoon voor me uit, in de wandeling die het leven heet. En dan denk ik: ik haat deze storm, maar wij drie, wij zijn wel onderweg.

Maar dan keert het weer om. De onvoorspelbaarheid, we haten ze. 
Ze vragen ze me hoe ver het nog is, hoe lang nog. Ik weet het niet.
Dan vragen ze of ik de regen, de tranen kan doen stoppen, de wind kan laten liggen, de zon kan laten schijnen. Ik denk: ik kan dit niet.


Ik begon op deze plek te schrijven. Over de theaterstukken die ik zag, over wat ik at, over wat ik dacht, en vooral, over ons.
Maar ons, wat is nog ons. 

Het stormt. Deze blog zit mee in de storm. We zullen zien.

maandag 7 oktober 2019

Juno spreekt (alf.6)




Dit is Juno die in haar bedje slaapt.
Met haar nieuwe tanpoffels aan.
Want wie heeft er ooit gezegd dat je daar niet mee mag slapen?


Zo doet ze mij vaak glimlachen.
Een kort lijstje van de voorbije maanden:

  • Mag ik alsjeblieft hagelslak?
  • Jezus, Maria en Jozus
  • (kijkt in de pan en wijst) Dat vleesje is rijp
  • Niet wenen Oona, ik zal je troosteren
  • Dat maakt geen kwaad
  • Dat maakt geen uit
  • Sst mama ik praat tegen mijn eigen zelf!
  • Innemuttemutte, wie is kaas wie is baas
  • Oh kijk, ik-hou-niet-van-jou bloemen (madeliefjes)
  • Later wil ik een boerderin worden. Of een koker. Of een winkeler.
  • Pipi Langkous, hoe heet die nu weer?
  • Een bij is een kokdier want die maakt honing
  • Waren wij aan het babbelen toen ik in jouw buik zat?

Juno, mijn liefste Juno.
Al even vier en mijn lievelingsdier.
Maar nee mama, ik ben een kindje! 




dinsdag 1 oktober 2019

De meeste mensen deugen



Ik ben te vroeg wakker. Alweer.
Tussen al mijn goede voornemens (minder eten, meer lopen, vroeger gaan slapen) zit ook deze: minder scrollen. Ik blijf in bed liggen en weersta de neiging om mijn telefoon te pakken. Ik neem mijn boek.
Kan het anders, lees ik, kunnen we de rede inzetten, ons verstand gebruiken, om nieuwe instituties te ontwerpen? Instituties die uitgaan van een heel ander mensbeeld? Wat als scholen en bedrijven en ministeries en overheden uitgaan van het goede in de mens?


Afbeeldingsresultaat voor de meeste mensen deugen

Dit komt uit 'De meeste mensen deugen' het nieuwe boek van Rutger Bregman. Hij heeft een dikke klepper geschreven over wat mogelijk een van de grootste misvattingen is van onze tijd: dat de mens misschien helemaal niet verdorven is. Dat de meeste mensen deugen.

Ik zet de radio op. Het gaat over het kille regeerakkoord. Ik hoor meer controle. Ik hoor her-evalueren. Ik hoor bekrompenheid. Ik hoor angst. Ik zet de radio weer uit. Nee, vandaag is een dag dat ik wil geloven dat de meeste mensen deugen. Dank je Rutger.

Ondertussen is het acht uur en krijg ik een bericht van mijn mama, of ik even wil bellen. Ik weet meteen dat dat geen goed nieuws kan zijn.
Mijn jongste broer is deze nacht neergestoken. Aangevallen. Beroofd. Hij heeft vijf messteken. Hij is nu in het ziekenhuis. En hij heeft geluk gehad. Oh help.

Ik bel met mijn mama, stuur berichten naar mijn andere broer, voel me een beetje gerustgesteld (er is niets vitaals geraakt) en vertrek dan toch maar naar Brussel om te gaan werken.
Ik neem het boek weer vast op de volle trein met natgeregende mensen, maar het komt niet binnen, ik lees pagina's zonder te weten wat er staat. Ik klap het boek dicht. Ik herlees de titel als een mantra. De meeste mensen deugen. De meeste mensen deugen. De meeste mensen deugen. Die gek die deze nacht zomaar mijn broer aanviel, die deugt niet. Maar de meeste mensen deugen. 

Op het werk lukt het niet echt. Ik vraag een knuffel aan een van mijn geweldige collega's. Ik krijg die knuffel maar hij zegt me duidelijk: ga naar huis, ga naar je broer, dit lukt je niet. Hij heeft gelijk en even later heeft hij mijn spullen alvast ingepakt. Ik vertrek in de regen terug.

Op de treinrit blader ik terug in het boek naar het verhaal van Kitty Genovese. Kitty had in 1964 minder geluk in New York. Ze wordt neergestoken, roept om hulp, maar niemand komt en Kitty bloedt dood. Er volgt een hele hetze, want 38 getuigen zouden niets hebben gedaan, ze zouden de politie niet hebben gebeld. De mens is verdorven, en denkt alleen maar aan zichzelf. In het boek zoekt Rutger Bergman dit verhaal helemaal uit, en de waarheid blijkt heel wat genuanceerder dan wat de kranten toen lieten geloven. Maar er is wel degelijk een omstanderseffect, de neiging om niet meteen hulp te bieden in de veronderstelling dat anderen dat wel zullen doen. Gelukkig wordt in het boek een ander verhaal hiertegenover gesteld. Amsterdam, februari 2016. Een moeder parkeert haar auto en loopt naar de andere kant om haar peuter eruit te halen. Handrem vergeten. Ze gilt. Ze kan nog net instappen maar de auto tuimelt voorover, de gracht in. Vier mensen aarzelen geen seconde en springen het water in. En zelfs zonder te praten met elkaar, kunnen ze de vrouw en haar peuter op het nippertje bevrijden, door instinctief samen te werken. De meeste mensen deugen. 

Deze nacht kwamen er mensen uit hun huizen, naar mijn broer die bloedend op de stoep lag. De politie was er snel, de ambulance was er snel, de aanvaller werd snel gevat. Hij heeft geluk gehad, ze wonde aan zijn oog en in zijn zij... een paar millimeters ernaast....

Hij is ok. Hij mocht meteen naar huis, ondanks de hevige pijn.
Ik zet de radio aan. Ik zet de radio uit.
Ik wil deze samenleving niet. Ik geloof er niet in. En dat is wat Bergman in zijn boek betoogt, dat het een idee is waar we in geloven, dat onze beschaving maar een laagje vernis is, en daaronder de ware egoïstische aard van de mens zit. Klopt niet. En dat is het goede nieuws: want we kunnen dus kiezen om iets anders te geloven. Dat de meeste mensen deugen. En dat kan je zelfs wetenschappelijk bewijzen.

Ik moet huilen. Dit komt bovenop de emotionele chaos van de voorbije weken en ik hou het even niet meer. Intussen stroom de facebookpagina (het voornemen om niet te scrollen heb ik uiteraard niet lang volgehouden) van mijn broer vol met lieve woorden, wensen, medeleven. Ik denk aan de onbekende buren die vannacht hulp hebben geboden. Aan de scholen waar leerkrachten ook vandaag weer het allerbeste uit kinderen hebben gehaald. Aan bedrijven en organisaties die het beste willen voor hun mensen, aan mijn organisatie waar ik vandaag even niet moest zijn.

De meeste mensen deugen. Ik wil dat jij dat ook gelooft.

dinsdag 23 april 2019

Wat kost een jaar Cambio? - overzicht 2018

Het is al bijna april, maar dat houdt me toch niet tegen om even een overzicht te maken wat Cambio ons in 2018  heeft gekost.
Ook in 2016 en in 2017 maakte ik een overzichtje. 

Samengevat: wij hebben geen eigen auto.
We doen het grootste deel van onze verplaatsingen met de fiets. Regelmatig ook met de trein (vb. naar vrienden die in Belsele wonen, naar mijn schoonbroer in Wespelaar, naar het zwembad in Lier,...). En dus af en toe nemen we een Cambio auto.

We hebben allebei een abonnement. Michiel betaalt €11/maand voor het abonnement en verzekering, ik krijg dat cadeau van mijn werkgever en betaal alleen de ritten zelf. 

De cijfers


We reden dit jaar 3669 kilometer met een Cambio-wagen. 
15 ritten door mij, 25 ritten door Michiel. 

Tegenover 2017 waren dat dus minder ritten (40 ritten tegenover 53 ritten in 2017) en ook minder kilometers (4354 kilometer in 2017). 

Dat brengt ons tot een totaalkost (incl. abo van Michiel) van €1545 voor het hele jaar 2018, ofwel €129/maand. 

Omgerekend gaat het over €0,42 per kilometer, en dat bedrag is natuurlijk wel stevig. Maar ik maak me sterk dat dat maandbedrag sterk onder het gemiddelde ligt van een typisch jong gezin. 

Nog wat bedenkingen...


We maakten dit jaar ook drie ritten van telkens vijf dagen: naar een afgelegen hoekje in Nederland, naar Bouillon en naar de Veluwe, telkens goed voor een 200-tal kilometer. Die ritten wegen natuurlijk wel door in het geheel. 

Het probleem van de kinderautostoel heeft zichzelf opgelost (zie vorige jaren...). 
Een van de vele voordelen aan kinderen is dat ze groter worden. Juno kan nu perfect in de stoel zitten die vaak in een Cambio-wagen zit, dat kan je aanduiden bij reservatie. En voor Oona is zo'n zitje snel meegenomen. 

Ook dit jaar heb ik de treintickets er niet bij geteld. Bij de NMBS betalen kinderen onder de 12 jaar nog geen ticket, dus dat weegt niet zo zwaar door. En zelfs moest er een auto voor de deur staan, zou ik voor de meeste van deze verplaatsingen toch de trein kiezen: veel comfortabeler! 
Wat ons wel tegenvalt, zijn treinreizen naar Nederland... Dan kan je dus niet voordelig reizen met een weekendbiljet of een Railpass. Een enkel ritje naar Arnhem (2 volwassen, 2 kinderen, 3 fietsen) kostte ons meer dan 100 euro.

De zorgeloosheid van Cambio was ook dit jaar weer een deugd. Geen stress voor de autokeuring. Geen onverwachte kosten. Geen gevloek omdat er iemand tegen uw carrosserie heeft gereden en blijkbaar is doorgereden. Geen tijdsverlies aan het vergelijken van autoverzekeringen. Allemaal tijd en energie voor leuke dingen.

Het voordeel van het uitgebreide wagenpark, hebben we ook weer optimaal benut. Standaard nemen we een kleine stadswagen (Citroën C3) maar soms ook een groter model (voor meer bagage en een kinderfiets), een camionette (IKEA!) en eenmaal een elektrische auto. Om dat ook eens te testen. Dat vond ik veel gedoe (standplaats is moeilijker bereikbaar, gesukkel met de laadkabel, beperkt tot echt korte ritten,...) maar met nog wat meer organisatie, wordt dit in de toekomst misschien nog meer standaard. 

En voor wie moest denken dat ik mensen wil bekeren of de les wil spellen: neen hoor. Ik geef gewoon graag wat juiste informatie door zodat ieder voor zich een goede afweging kan maken, that's all! 


-----

donderdag 28 maart 2019

Een lijstje.

Chocolade-haver koeken van IKEA
Marguerites van Colruyt
Rijstwafels met pure chocolade van Lidl
Appelbol (al is een echt goeie moeilijk te vinden)
Rabarabertaart
Wortelcake (favoriet recept)
Bananenbrood, nog een beetje warm
Broodpudding, liefst met een laagje chocolade
Dikke speculaas
Boterkoek met rozijnen
Kaneelrol
Abrikozenkoek (van bakker Goeiemorgen of de vegan versie van Récollets)
Koek met chocolade en pudding (de enige lekkere in Antwerpen is van Delafaille)
Chocoladebroodje (voorkeur: zuurdesemversie van Lina's)
Rode neuzen
Dragibus
Colafleskes, vampierentanden, banaantjes, hartjes, aardbeien
Mignonettes
Chocotoffs
Boni 70% Bio Fair Trade Chocolade
Tony Chocolony's puur amandel-zeezout
Delicata puur fleur de sel
M&M's, de gele uiteraard
Chocolade-ijs (voorkeur: Prof. Grunschnabel)
Dame blanche met echt goede warme chocolade
Tiramisu
Pannenkoeken
Gember-haverkoekjes van de bioshop
Café Noir (al vind ik die nieuwe verpakking en dat mini-formaat maar niks)
Brownie (lievelingsrecept)
Moelleux au chocolat (al heb ik al te vaak een fabrieksversie gegeten)
Tijgernootjes
Nootjes met zo'n suikerlaagje
Krakelingen
Stroopwafels
Honingwafels
Citroenkoekjes
Chocoladekoekjes
Lukken (maar kom, Jules Destrooper wafeltjes is ook goed)
Delichoc pure chocolade
Oreo's


En dan ben ik nog de helft vergeten denk ik.



zondag 17 maart 2019

De Citroën en Jodekoeken.

Er is niet meer nodig dan een Citroën Xsara, exact hetzelfde model. De dag daarvoor was het een donkerbruine hoed op het hoofd van een pendelaar. Eerder die week iemand die zei: een wolkje melk.
De herinneringen zijn zo gewoontjes. Dagdagelijks is het juiste woord. Maar waarover ik me het meest verwonder: ze zijn zo talrijk.

Maar die auto dus. Papa had een donkerblauwe. We hadden ook een groen Volkswagenbusje. Maar dat busje verbruikte te veel om elke dag naar Nederland te pendelen. En papa reed wel wat kilometers, hij bezocht Nederlandse scholen in de zone Bergen-op-Zoom en Breda.
Ik reed als kind niet vaak mee met die auto, de meeste verplaatsingen met het gezin gebeurden met het busje. Maar soms had ik die kans, wanneer ik alleen met papa naar moemoe reed die in Nieuwpoort, en later in Roeselare woonde. Dat was heel bijzonder. Eerst en vooral: ik mocht vooraan zitten. Als je opgroeit in een gezin van zes, met een oudere zus die wagenziek is, dan mag je zelden vooraan te zitten. Maar toen ik eenmaal twaalf was (voor die leeftijd gold een soort van veiligheidsprincipe en moest ik op de achterbank) en het was zo'n zeldzaam ritje alleen met papa, dan genoot ik ongelofelijk. Het was een heel ander perspectief.
Zo'n ritjes waren nog om een andere reden bijzonder: ik kreeg via de auto een inkijk in het andere leven van papa. Zijn werkleven. In de auto lagen altijd heel wat paperassen en boeken (leg die maar op de achterbank). Aan het voeteneind en in het deurvak zaten allerlei verpakkingen. Een wikkel van een broodje. Een pak honingwafels met nog twee stuks erin. Een leeg pak vanillevla. Papa kocht zijn lunch in de Albert Heijn wat in die tijd bijzonder exotisch was. Jodekoeken, meestal vond je ook een lege doos Jodekoeken onder de passagiersstoel, zeer fascinerend vond ik dat. Ik kreeg, via die rommel, een blik op het leven van papa, niet als papa, maar als collega, als professional.
Ik vond het een beetje triest dat hij vaak in de auto een haastige lunch at, maar het alternatief, zo vertelde hij me, was op bureau boterhammen eten met zijn collega's met een glaasje melk én met mes en vork. Gewoontes waarvan hij trots was dat hij ze als Belg niet overnam.
Het leek me de ultieme vrijheid: parkeren aan een supermarkt en je mandje volladen met precies datgene waar je zin in had. Een pak poffertjes? En bakje koolsla? Een doos sprits-koeken, gewoon een doos sprits-koeken als lunch? Waarom niet. Jaren later, toen ik als student op kot ging en die vrijheid zelf veroverde, kwam ik veel kilo's aan. Ik kon die vrijheid, net zoals papa trouwens, niet echt aan.
Ik herinner me ook heel sterk de geur van die auto. Het was de geur van de vorige bestuurder, die was nooit verdwenen. Het was een muffe autogeur. die je meteen overviel als je het portier opende. Na een halfuur was het betoverende effect van het uitzicht en de verwondering over de lege verpakkingen helemaal verdwenen. Je vel plakte ongemakkelijk aan de (nep?) leren zetels.
Maar dan zuchtte papa erg diep. En stak hij zijn rechterarm uit en aaide me over mijn hoofd, legde zijn hand heel even stil in nek. En heel kort, keken we elkaar dan aan. En zuchtte ook ik.

Ik verlang naar wat kruimels Jodekoek. En naar dat exacte gebaar.





zondag 10 februari 2019

Meisje van zee(ven)

Ik ging met dit mooie meisje naar zee. Wij, met ons twee. 

In de lente werd ze zeven en dat hadden we eigenlijk niet echt gevierd. We besloten daarom dat het fijn zou zijn om een ouder-kind reisje te maken, elk op zijn beurt. Zo gezegd, zo gedaan: in de zomer sliepen Michiel en Oona in een cocoon in een boom, in het Arbortum van Kalmthout. Dat was ongelofelijk plezant geweest, dus wat moest ik voor haar verzinnen? 

Uiteindelijk bleek dat Oona graag eens naar Plopsaqua wou, maar ze begreep dat de andere kant van het land een beetje ver was voor een zwembad. Maar daar was een pedagogische studiedag en goesting om aan zee uit te waaien, dus ik nam een dag verlof en we stapten vrijdag de trein op. 


Samengevat:
  • Gezelschapsspelletjes winnen van Oona wordt steeds moeilijker.
  • Plopsaqua is tof, maar niet erg groot.
  • Er is daar een droogcabine, dat vond Oona super.
  • Oona kende het concept van een banana split niet.
  • We kregen in een teamroom helaas geen echte banana split maar een soort coupe banaan.
  • Ze liet het niet aan haar hart komen, ze kon haar ogen amper geloven.
  • Nog een ontdekking voor Oona: Njam.tv. Echt een hele dag kookprogramma's? Echt? Waw!
  • Ons hotel stelde niet geweldig veel voor, maar het ontbijt was heel uitgebreid.
  • Voor vegetariërs is het aanbod zeer schraal in De Panne, zeker op een grijze winterdag. 
  • We kozen net het weekend waarop Infrabel werken uitvoerde aan het spoor dus de terugweg duurde echt gigantisch lang... 
  • Een boek lezen op de trein is heerlijk. We delen weer een plezier. 




Zaterdagochtend klaarde de hemel na het ontbijt een beetje op. We trokken het strand op en beleefden een magisch uur. De wolken die helemaal openbraken, zand dat op het strand danste (stuifmeel, zei Oona) en een dochter die helemaal in haar element was.
De horizon staat zelden recht op deze foto's, maar dat hoeft ook niet. Want zo zie jij ook misschien hoe dol het was. Helemaal uitgewaaid. Helemaal wij.





 


zondag 3 februari 2019

Nieuw weekmenu

Lekker eten doen wij eigenlijk altijd. Gezond koken gaat ons ook goed af. Plannen daarentegen?
Ik vind soms dat ik al zoveel moet organiseren in mijn leven, dat ik ruimte verdien rond eten en koken. Ik vind dat namelijk plezant, de supermarkt of de groentenwinkel binnenlopen en bedenken: wat eten we vandaag? Gevolg is dat er periodes zijn, zoals eind 2018, dat we echt elke dag naar de winkel gaan, soms zelfs twee keer op een dag. Een supermarkt op 100 meter helpt daar natuurlijk niet bij. Nu is dat niet geweldig efficiënt. Bovendien eten we meer verschillende dingen als ik het wat op voorhand plan.
Tijdens ons jaar in Uruguay hebben we bijna élke dag iets anders gegeten, ik heb toen bijna nooit tweemaal hetzelfde gemaakt. Heerlijk!
Tegenwoordig koken we thuis quasi helemaal vegan. De meisjes en ik eten nog wel een plakje kaas en we zwieren nog wel een bolleke mozzarella op de pizza's, maar ik verbaas me er zelf over hoe vlot we er in slagen om zo lekker te eten met alleen maar planten. Ik zou ook kunnen ratelen over de gezondheidsvoordelen, maar gezien een niet-aflatende verkoudheid/sinusitis, het is het moment niet. Al zal het dus niet aan een gezond voedingspatroon liggen...

Goed, meer variatie, minder boodschappen. We pakken dat dus sinds januari grondig aan met een weekmenu voor gevorderden. Het betreft een spreadsheet met daarin een tabblad vol met basisgerechten. Elk gerecht heeft een nummer, een link naar het recept of kookboek pagina zoveel, en de ingrediënten die niet standaard in huis zijn en dus zullen aangekocht moeten worden. Op een ander tabblad staat dan een kalender en dan is het maar invullen. Boodschappenlijstjes zijn ook heel snel gemaakt en we plannen netjes alles in. We hadden echt een goeie, lekkere maand. Ik geef het overzicht en de hoogtepunten!


-->
zaterdag 5 januari 2019pitabroodjes met baba ganoush, hummus, tzatiki, veggie vleesjes en rauwkost
zondag 6 januari 2019knolselder pasta gele linzen
maandag 7 januari 2019appelbollen bij mama
dinsdag 8 januari 2019spruitjes tabouleh (recept Smartmat)
woensdag 9 januari 2019pasta, spinazie en kerstomaatjes, pesto avocado
donderdag 10 januari 2019wraps, falafel, koolsla
vrijdag 11 januari 2019Uit eten: Pizza standard
zaterdag 12 januari 2019wortelsoep
zondag 13 januari 2019winterse tarte tatin met veldsla en peer
maandag 14 januari 2019wortelpuree met zeesticks
dinsdag 15 januari 2019geroosterde groenten met couscous en worst
woensdag 16 januari 2019pasta pompoensaus
donderdag 17 januari 2019belegde pizzabodems met champi, lenteui, paprika
vrijdag 18 januari 2019wortelsoep en apero hapjes
zaterdag 19 januari 2019appelmoes, veggie schnitzel, patatjes
zondag 20 januari 2019spruitjessalade met linzen (Uit: Honger!)
maandag 21 januari 2019lasagne uit de diepvries - (Uit: Heel veel Veg)
dinsdag 22 januari 2019gnocchi met spinazie en citroen (Uit: Honger!)
woensdag 23 januari 2019aardappel prei schotel met veggie gehakt
donderdag 24 januari 2019spaghetti met champignonmengeling in roomsaus
vrijdag 25 januari 2019Marokkaans stoofpotje met linzen (Uit: Honger!)
zaterdag 26 januari 2019zelfgemaakte pizza
zondag 27 januari 2019appelmoes patatjes worst
maandag 28 januari 2019knolselderpuree met zeesticks
dinsdag 29 januari 2019gevulde paprika's met rijst, champi en baba ganoush
woensdag 30 januari 2019minstrone met spinazie scones
donderdag 31 januari 2019tagliatelli brocolli

Laat ik beginnen met 30 januari, de dag dat we ons voornamen deze spinaziescones veel vaker te maken. Dat is echt zó lekker en met soep erbij is het een volwaardige maaltijd. En de meisjes vinden dat ook geweldig: cakejes als avondeten!
De dag daarvoor was ook super lekker: paprika's vullen met een rijstmengeling met gebakken champignons en lente-ui. Hier doe ik dan Violife gemalen kaas onder. Bovenop pasta gestrooid vind ik die niet geweldig (geen enkele vegan kaas trouwens) maar helemaal gesmolten en gemengd zoals hier: heerlijk. Daar dan baba ganoush bij (aubergine bij in de oven gooien) en Michiel en ik hebben nog een zalig sausje voor erbij. 
Het valt ook op dat er drie gerechten staan uit Honger!, echt een super kookboek voor wie eenvoudige dagelijkse vegetarische kost wil maken. En af en toe wil grinniken bij de grappig geschreven recept. 
Twee keer verse appelmoes (iedereen hier lust dat zo graag) en twee keer zeesticks: dat is de vegan-versie van fishsticks uit de AH. Ja, ik vind dat wel eens lekker, ha! Ook twee keer (rauwe) spruitjes, dat is wel uitzonderlijk, en ik ben eigenlijk de enige échte fan. Dus het zal voor dit jaar bij deze twee keer blijven denk ik.

Voor de pasta pompoensaus: een kort recept. 
Snij een kleine pompoen (flespompoen of zo'n kleine oranje) in dobbelsteentjes en rooster deze in de oven met olie, peper, zout, komijn. Dat kan gerust een dag voordien.
Maak een witte roux met (plantaardige) boter, bloem en ongezoete amandelmelk. Pureer de pompoen met wat bouillon erbij en meng onder de witte saus. Kruid bij met peper, zout en nootmuskaat. Haal van het vuur en roer er dan een paar eetlepels edelgist bij. Dat ziet eruit als visvoer, maar geeft een heerlijke, hartige smaak. Ik vind dit lekker met rigatoni bijvoorbeeld. 

Tot slot, de voorbije drie woensdagmiddagen hebben we ook telkens iets gebakken. Onze favorieten wortelcake, niet echt lekkere zandkoekjes (ik moet nog een beter plantaardig recept zoeken of andere margarine proberen....) en deze lekkere banaan-pecan muffins! Leuke traditie met mijn kleine koks, als we dan toch snoepen, dan doen we het beter goed!

Op naar februari, ik heb er al zin in! 

dinsdag 22 januari 2019

Dromen.

Een stevige verkoudheid breekt mijn nachten. In het duister snak ik naar licht, lucht, adem en een helder hoofd. De nacht duurt lang en ik droom.
Deze nacht heb ik papa gezien. Het was zo fijn en vanzelfsprekend.
In de dromen van vorige nachten had ik twee andere ontmoetingen, ook heel echt, met gesprekken die ik woordelijk kon herhalen. Vrij onwaarschijnlijk, die situaties, die gesprekken, ik kon niet anders dan eenmaal wakker, zachtjes zuchten en bedenken, nee, zo zal het niet gaan, wacht nu gewoon maar af.
Zo was het niet met papa vannacht. De situatie was natuurlijk totaal onrealistisch, deze droom was net het minst écht, en toch klopte alles.

Hij zit aan de tafel van mijn jeugd, in zijn wollen trui in gebroken wit met een houten knoop, het is tenslotte koud winterweer. Hij zit licht gedraaid op een stoel, zijn handen rusten los op zijn benen, hij zit rustig maar ook wel klaar om iets te gaan doen. Ik gok: een kop koffie halen.
En op het werk? vraagt hij. 
En ik vertel kort, maar enthousiast een stand van zaken, want er zijn weer wat dingen in beweging.
Dan is het goed hé schattebol, als jij content bent.
Hij kijkt mij in de stilte die volgt heel rustig aan. Ik kijk terug en zo zetten we ons gesprek in stilte en zonder woorden nog even verder.

Eerder die dag had ik in een feedbackgesprek gehoord dat ik goed had geluisterd naar een collega. Oprecht en open, vertelde ze me, en met geduld. Ik nam het compliment met graagte aan.

Ik heb vannacht gehuild van geluk. Omdat het zo heerlijk was om papa te zien, zo dicht. Dat verlangen naar nabijheid, dat is er wat minder vaak, maar even intens.
Ik begreep ook plots wat luisteren zo bijzonder maakt: iets vragen, iets zeggen en dan de ruimte laten. Voor stilte, voor een antwoord, voor een blik. Het is tijd maken, witruimte laten voor wat dan ook.

Het is geen talent dat ik van hem geërfd. Het is nog veel beter: het is wat ik van hem heb geleerd.

woensdag 16 januari 2019

Oona spreekt (en dat is ook best grappig)

Oona, zeven jaar en een half, geniet al evenzeer van de uitspraken van Juno als ik. 'Zet dat op je lijstje, mama!'. En toen vroeg ze me waarom zij geen lijstje had.. Ik kon zo een paar grappige uitspraken van haar herinneren, dus inderdaad...

Dit zijn mijn favoriete Oona uitspraken van de voorbije maanden:
  • Ik ga die tekening gebruiken als inspirering
  • Ik mag morgen naar het leerlingenappartement (= leerlingenparlement)
  • Als ik een dierenarts was, ik zou dat konijn repareren.
  • Ik wil niet dat ze over mij rottelen!
  • Oh nee, een vermoordenaar.
  • Actie nood! Actie nood! 
  • Let op voor die boomstronkels!
  • Ik moest iets halen voor de juf op het sextariaat.
  • Ik eet heel graag walrusnoten.
  • Wij zijn toch eens naar Plopsadorie geweest? (Plopsa Indoor)
En verder hadden we nog een heerlijk taalfilosofisch gesprek over binnenste buiten. Want het omgekeerde daarvan in woorden (buitenste binnen) is net hetzelfde! Ja ja, denk daar maar eens over na! 


woensdag 9 januari 2019

Een gelukkig leesjaar!

Ik schrijf elk jaar een soort jubel-bericht over het voorbije leesjaar (2017 - 2016) en ook dit jaar ben ik weer absurd enthousiast. In vriendenboeken in mijn lagere schooltijdd schreef ik nooit dat lezen mijn hobby was, want dat was altijd meteen een zwaktebod: het betekende dat je eigenlijk helemaal geen hobby's had (ik kon toen gelukkig chiro en toneel opschrijven).
Maar nu kom ik er helemaal voor uit: lezen is mijn hobby! 

Ik las dit jaar maar liefst 48 boeken. Leesdoel ruim behaald dus en zo fijn dat Goodreads dat netjes voor me bijhoudt.


Maar eigenlijk doet dat er weinig toe, het was gewoon weer heerlijk wát ik allemaal gelezen heb.
Dat dunste boekje van Carson McCullers en die dikste klepper die zich afspeelt in Georgië zijn alvast twee heel grote aanraders. Maar ik gaf nog veel sterren....

Het gekke is dat na zo'n bericht of gesprek over boeken, vrienden en kennissen zich spontaan beginnen excuseren en opsommingen maken waarom ze weinig lezen.
Ik kan daarop dan drie dingen antwoorden.
Ten eerste, ik kijk geen tv. Geen series, geen Netflix. Ik mis ongeveer alles en ja hoor, ik heb wel degelijk het gevoel dat ik iets 'mis'. Ik vind ook helemaal niet dat een boek lezen 'beter' is dan Netflixen, zeker niet met die extreem hoge kwaliteit van vele series. Maar het is gewoon een feit: ik doe aan binge reading, anderen aan binge watching.
Ten tweede, een tip: je moet altijd weten wat je volgende boek gaat zijn. Dat helpt echt om meer te lezen. Ik heb een paar goede leesvrienden wiens leestips ik zeer ter harte neem, en ik bedenk altijd wat mijn volgende opties zijn. Zo blijf ik lezen en val ik nooit stil. En ik heb meestal meerdere opties, want elk boek vereist zijn goed moment.
Ten derde, hé, wat maakt het uit. Ik lees, jij leest niet of weinig, anderen lezen nog meer. You do you, ik vind dat een schoon idee voor 2019.

(en ten vierde: ik lees ook nog altijd weinig, want volgens dit artikel kan je tot wel 1000 boeken per jaar lezen in de tijd die je aan sociale media besteedt...)

Een paar hoogtepunten van mijn leesjaar:


Het verhaal van Penelope meesterlijk herverteld door Margaret Atwoord. Het hedendaagse tintje moest niet zo nodig voor mij, maar het doet me veel zin krijgen om terug wat meer oerklassieke literatuur te lezen, al dan niet in hervertellingen zoals deze.










Van Johan Harstad las ik vorig jaar het magistrale Max, Mischa en het Tet-offensief. Ook dit boek was absoluut prachtig, al was het soms wat te eenduidig en voorspelbaar.











Je kan naar soaps kijken of De Buddenbrooks lezen. Héérlijk. Een dikke familieroman waarin zoveel karakters voorbij waaien, soms hilarisch, soms ontroerend. Pageturner van wereldklasse.











Ik was al een officiële John Irving fan en heb me voorgenomen alles te lezen. Dat is wel wat werk want de man schrijft alleen maar dikke kleppers. In een mens heb ik zeer graag gelezen dit jaar. De regels van het ciderhuis vond ik nóg beter: dat verhaal is echt blijven hangen.








Soms wil je gewoon een rustig, schoon verhaal. Dat is Een heel leven. Op reis gaan in een boek, in een leven. Wreed schoon.











Ik kende het werk van Marina Abramovic een beetje. Deze autobiografie werd langs verschillende kanten aangeraden en ik ben blij dat ik die aanbevelingen heb gevolgd. Straffe vrouw, straf boek. Te lezen met YouTube en Google bij de hand.









Georgië, ik weet dat zelfs niet zo goed liggen. Maar deze familieroman is zo goed, ik wil nu op reis naar Georgië.











Ik heb 100% zeker dat ik dit boekje nog ga herlezen. Het deed me heel erg denken aan The Old Man And The Sea (E. Hemmingway) en het is, denk ik, net zo goed. Maar daarvoor moet ik het nog eens lezen. Een intense wereld in een dunne novelle.










Ik tipte dit boekje al bij mijn zomertips. Nog steeds gelukkig dat ik me over mijn angst heen zette (wie wil er nu een boek lezen over de dood?). Ik heb hier zoveel aan gehad, dit boek was op veel manieren zeer inspirerend. Het gaf me toen ook veel goesting om zélf terug meer te schrijven, een goesting die de laatste tijd ergens is ondergesneeuwd. Dus misschien moet ik nu nog eens wat fragmenten herlezen.






Een tip van Michiel! En zeer graag gelezen. Over de liefde. Met grote L. In het Engels, en ik vond het toch ontspannend. Heel mooie personages. Over het einde zijn Michiel en ik het niet eens, dus graag nog lezers om het daar eens over te hebben.










Ook deze zat in het zomerlijstje. Dit is echt een speciaal, maar ongelofelijk straf boek. Doet me eraan herinneren dat ik nog veel moet bijlezen van Peter Verhelst.










Ik las dit boek in een (toevallige) reeks van boeken over ontwrichte gezinnen. Brandbaar huwelijk (A.M. Homes) was sterk, Het doorboorde hart (A. Nothomb) was ook zeer goed. Maar dit? Wow. Ik was er niet goed van. Zo sterk ondanks dat de afloop dus op de eerste pagina staat: kleine brandjes overal.









Wat een topboek van Bart Moeyaert. Ok, ik ben fan, maar hoe doet hij dat toch, zo weinig schrijven en zo veel vertellen? Hij slaagt er meesterlijk in om Bianca, het hoofdpersonage, te doen leven. Onder de indruk. Moest het niet zo schoon uitgegeven zijn, ik zou veel zinnen hebben onderlijnd. Soms is het echt een goede beslissing om een écht boek te kopen en geen e-book.









Nog fanmail... Voor non-fictie zowaar. Dit boek van mijn collega en zijn echtgenoot is een hoogvlieger: prachtige foto's en fascinerende verhalen. Het boek had een succesvolle start en ik kan alleen maar hopen dat er een vervolg komt... verhalen genoeg! Een ideaal cadeauboek ook.








Laatste boek van 2018 en wat een topper. Weer een familieroman (mijn voorkeur van het voorbije jaar?) die zich afspeelt in Korea en Japan. Klein beetje historische achtergrond, maar vooral tragische personages. Een filmisch boek, waarvan ik nooit een eventuele film zou willen bekijken, want echt waar, ik heb het helemaal gezien.
.
Dus, wie zie ik op Goodreads voor een Reading Challenge?


zondag 6 januari 2019

Tip voor trips: avontuurlijk wandelen in de Ardennen!

Wij namen de voorbije dagen een aangenaam bosbad, in de buurt van Bouillon.
Het was grijs, mistig weer, maar in het bos heb je daar niet zo veel last van.

Ladderwandeling - Rochehaut
Dit is mogelijk een van de spectaculairste wandelingen in België.


Je start in Rochehaut aan het uitkijkpunt over Frahan. De Sémois meandert daar prachtig. Je wandelt eerst even omhoog verder door het dorp, om vervolgens af te dalen langs een mooi pad in het bos.


Dan loop je even langs de Semois, langs een behoorlijk glibberig paadje...


En dan begint het echte werk: terug naar boven klimmen! Met laddertjes dus! 


Ik was blij dat Michiel deze keer Juno wou dragen in de draagzak... Er zaten ook heel wat klauterstukken bij (op sommige plekken zijn er trapjes gemaakt in de rotsen) en dat is toch wel zwaar met ruim 15 kilo op de rug


Deze wandeling is dus echt pittig, maar goed te doen omdat het maar vijf kilometer is. We deden er net twee uur over, want Oona was in topvorm, zoals ze het zelf zei.
Echt een aanrader: een heel leuke wandeling in een prachtig landschap!

Praktisch:

  • Wandeling Les échelles, 5 kilometer
  • Vertrek in Rochehaut, parkeren aan het uitzichtspunt over Frahan.
  • Wandeling was vroeger aangeduid met nummer 83, maar is nu 43. Duidelijke bordjes.
  • Er is een bakker in Rochehaut (Pom' de Pain) waar je picknick kan kopen en waar ook een toilet is, handig voor het vertrek. 
Wandeling Crètes de Frahan

Frahan ligt dus op een 'schiereiland', want ligt helemaal in een bocht van de Sémois. We maakten daar (beneden) een korte rondwandeling van 3,5 kilometer, die ook weer prachtig was. 
Je start best met de wijzers van de klok mee en na een kort stukje door het dorp gaat het omhoog langs een bospaadje. 
Het is klimmen geblazen, langs mooie rotspartijen met spectaculaire mossen. 
Deze wandeling deden we samen met onze vrienden, ons gezelschap bestond behalve ons eigen gezin uit twee volwassenen op sneakers, een tweeling van bijna drie en een avontuurlijk kereltje van vijf. Oh ja, dit gezin had eigenlijk nog nooit een echte boswandeling gemaakt...
Oona wou natuurlijk meteen bewijzen hoe goed ze kan wandelen en liep de hele tijd stoer voorop met de vijfjarige in haar voetsporen. Vrij snel waren we al behoorlijk aan het klauteren. 


Juno had er wel zin in en stapte goed mee.
Al vind ik het nog steeds zalig met Juno op de rug...


Ook hier en daar een kort trapje. Een van de tweelingmeisjes was super stoer en heeft ongeveer de hele wandeling flink gestapt. 


Het is heerlijk hoe de kinderen kunnen genieten van hun prestatie en het uitzicht.





Na het klauteren daal je terug af naar het punt waar het schiereiland het smalste is. Vanaf daar volg je voor het tweede deel van de wandeling een gemakkelijk bospad terug naar het gehucht Frahan. 

Waarom veel betalen voor een pretpark (Papier hier!) als je gratis en voor niks de magie van de natuur kan ervaren? 


Praktisch:
  • Wandeling Crètes de Frahan, 3,5 kilometer. Goed bewegwijzerd, met bordjes '30'.
  • We parkeerden onze auto aan de kinderboerderij
  • Daar is ook een taverne, niet echt een aanrader wat eten betreft, maar wel authentiek :-)