vrijdag 21 februari 2014

La biblioteca

Toe te voegen aan het lijstje van dingen die hetzelfde zijn in België en Uruguay: de dames achter de balie in een bibliotheek. Minstens 45, zwart geverfd haar, een klassiek goudkleurig brilmontuur met een touwtje achter hun nek. Ze kijken streng, maar aan het eind van je praatje glimlachen ze toch. Graciela, zo heet ze. 

Ja, we mogen boekjes lenen. Daar staan de sprookjes en daar de boekjes voor de allerkleinsten. Oona vond ook al een pop en kussentjes om op te liggen.
De bib zit in een paviljoen met tralies voor de ramen op een plein in een vuile buurt van Montevideo. Omsingeld door bussen, want dit plein is ook een busterminal. Lezen tussen de uitlaatgassen, zoiets. 

We mogen maar twee boekjes kiezen. De drie biggetjes, iets met auto’s en iets met een draak vliegen terug in het rek. Een week tijd krijgen we, dat moet genoeg zijn voor Roodkapje en een boekje met dieren dat we moeten raden. We leren dat una trompa een slurf is.

Graciela vult een kaartje in, en schuift dit in het flapje dat daarvoor dient op de achterkant van het boek. Het boek van Roodkapje heeft geen flapje. Dan neemt ze een ander papiertje, waarop ook dat datum wordt genoteerd en ik moet weer even handtekenen. Ik begrijp niet goed welke papiertjes voor mij zijn en welke voor Graciela en hoe zij nu weet welke boeken ik heb geleend. Wat maakt het uit? We volbrachten dé administratie. 

En ik ben terug tien. Ik mag met mijn zus alleen naar de bib. We stoppen eerst langs de snoepwinkel, altijd en altijd stiekem. Als de boeken plakken en de mevrouw van de bib ernaar vraagt, weten wij van niets, onze mond plakt nog toe. Ook hier worden kaartjes ingevuld en een stempel gezet met de datum. Beschadigingen aan boeken worden op de eerste pagina genoteerd (scheur pagina 12) en daaronder een paraf. Alsof het daarmee is opgelost. De mevrouwen van de bib kennen ons, leggen soms nieuwe boeken voor ons klaar, maar toch, ik ben op mijn hoede. De balie is geloof ik veel te hoog om me daar echt thuis te voelen.
Papa dreigt dat we de boetes voor het te laat inleveren van ons zakgeld moeten betalen. We zijn weer te laat, niet omdat we onze boeken niet gelezen hebben, wel integendeel, eenmaal uitgelezen, worden ze vergeten. Maar we hebben het zakgeld altijd kunnen houden voor snoep, onderweg.

Een weekje later gaan we terug. Oona wil het zakje dragen. Ze probeert het verschil te begrijpen tussen kopen en lenen. Of nee, ik probeer het haar uit te leggen. Graciela is blij om ons te zien, haar zuinige glimlach haalt ze wat sneller boven. Als bij wonder tovert ze uit een schuif papiertjes tevoorschijn die inderdaad overeen stemmen met onze boekjes. Nu kiezen we Doornroosje en een boekje van Muis met flapjes. En er worden blaadjes ingevuld.



Weer krijgen we een week de tijd maar Graciela waarschuwt ons alvast. In maart gaat ze op vakantie. En dan zou het wel eens kunnen dat de bib in de voormiddag gesloten is. Want de mevrouw die haar komt vervangen. Tja. Ze kijkt me over haar leesbril aan. Het is een blik waarop ze een hoofdknik van mij verwacht.

Voor we thuis zijn hebben we het boek van Muis al twee keer gelezen op de bus. De pagina van Muis op de boerderij, met een koe, kippen, een schaap en een varken uiteraard, kunnen we ook al in het Engels. Twee boekjes voor een week, het is voor ons te weinig.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten