dinsdag 26 juni 2018

Venkellof

De eerste dag zal ik je een hartige venkeltaart maken. Je zal verbaasd kijken. Maar de smaak van het deeg, de eieren, de parmezaan en de appeltjes stelt je gerust. Ook de vorm, want taart is altijd feest. Je hebt venkel gegeten. Je lacht verlegen. Ik vraag of je morgen terug komt.

De tweede dag serveer ik je gnocchi's. Misschien ken je gnocchi's, de deegballetjes die zowel pasta als aardappel zijn, waarschijnlijk heb je ze nog niet vaak gegeten, en zeker niet met venkel, zacht gestoofd en met veel tijm. Ik heb er een lichte roomsaus bijgemaakt, met sjalotjes en erwtjes. De gnocchi's heb ik niet platgekookt, maar even opgebakken in een hete pan. Ik heb je bord afgewerkt met enkele plukjes venkellof. Je aarzelt om die op te eten, maar ziet het mij ook doen. Ik geef een onhandige uitleg over de venkelknollen die verminkt in het groenterek belanden, ontdaan van hun frisse groen, en het is net zo lekker, dat venkellof.
Lekker, zeg je.
Lekker, zeg ik.
Je zal verzadigd zijn. Maar ook opgewonden en nieuwsgierig. Je vraagt zelf of je morgen ook misschien. Ik zeg ja, op de middag dan. En wanneer je die avond weg gaat en ik het pannetje saus schoonlik, kook ik alvast wat granen.

Ik sta de volgende dag vroeg op om fijne jonge wortelen te zoeken en radijsjes, met felle kleuren. Ik proef drie soorten olijven en kies de hele zoute. Ik leg de venkel koud, glaceer de wortelen met honing, pers een appelsien. Je bent er dan eindelijk. Ik heb op je gewacht.
Ik schenk je wijn, je kijkt me aan, je bent dicht bij mij.

En dan snij ik de venkel. Heel, heel fijn. De geur hangt tussen ons. Geen andere groente ruikt zo intens wanneer hij wordt aangesneden. Ik assembleer de salade en meng wortelen en granen. Het rood van de radijzen schreeuwt om aandacht, de citrusgeur doet een poging, maar de venkel heerst.

Ik kies twee mooie borden uit en een lepel om ons te bedienen. Maar nog voor we aan tafel gaan, nog voor ik je helemaal overtuigd heb van mijn geliefde knol, weet ik dat je naar venkel smaakt en dat ik je wil blijven proeven.











maandag 18 juni 2018

Een ongewenst bericht.

Mijn nichtje kreeg vandaag een chatbericht via Skype van mijn papa. Die dood is.
Ik kan mezelf niet tegenhouden. Ik open Skype en inderdaad, ook ik heb een bericht.
In het bericht staat enkel een link die meteen verraadt dat het om spam gaat.
Maar zijn naam staat daar. En een soort status. Dagen geleden voor het laatst
Daar wordt de zin afgebroken, daar werd zijn leven afgebroken.

De enige oplossing is dat ik mijn papa blokkeer.
Meld als spam.

Ik ben bijzonder kwaad op de wereld.

zondag 10 juni 2018

Juno spreekt (alf. 4)

Ik bent jarig in de zomer.
Bijna drie maar pret voor tien met Juno.
Haar leukste uitspraken van de voorbije maanden...
  • Wij gaan peren met de tent! (Kám-peren, Oona heeft het dagenlang geoefend, maar helaas)
  • Een opant heeft een snurf. 
  • Ik wil naar de peentuin!
  • Kijk, een grote draaier (een windmolen).
  • Ik ben een mini-tje moe.
  • Even wachten en ook geduld hebben, mama. (ok dan)
  • Jij bent zeker moe, papa? Ikke niet. Want ik ben super blij. (forceert een dansje als bewijs)
  • Niet mijn tranen wegdoen! Mijn tranen moeten hangen! 
  • Kijk mama, ik slaap. (ogen terug open). Nee, dat was alsop! (Juno legt me het concept 'alsof' uit)